Afgelopen zaterdag werden, zoals elk jaar half april, de zeilboten en motorkruisers van onze watersportvereniging te water gelaten. Het is al jaren voor mij en, neem ik aan, voor veel anderen, een datum waar naar uitgekeken wordt: boot te water, mast er op en misschien ook nog even zeilen! Dat laatste leek in elk geval geen probleem te gaan worden. De ‘2Relax’ van Jacob en mij ligt al enkele maanden in de haven en het weer was prachtig. Wat wil een mens nog meer?!
Al voor 7.00 uur lagen de eerste schepen te water en alles leek gesmeerd te verlopen. Tot rond 7.45 uur een achteruitrijdende heftruck over m’n rechtervoet reed. De wereld ziet er dan ineens heel anders uit. Het eerste wat ik voelde was een enorme boosheid want (je gelooft het niet): daar ging m’n middagje zeilen! En daarna: dat wordt weer een probleem met thuiskomen als dat niet snel afzakt. Want het voelde natuurlijk ook niet al te prettig.
Een snelle inspectie, na schoen en sok (die twee heb ik niet meer teruggezien) te hebben uitgetrokken, leerde dat het er niet al te best uitzag. Ik werd liefdevol opgevangen door Willem Doorenbos zodat ik er in elk bijzat als een prins. Als je nog eens wat overkomt, moet je zorgen dat je Willem in de buurt hebt, met zijn vrouw erbij. Iemand stelde nog voor om met de auto naar Lelystad te rijden maar 112 bleek al gebeld en al snel arriveerde de ambulance en de Urker vrijwilligers. De ambulancebroeder begon m’n voet te kneden en te kietelen en ik kreeg wel een beetje hoop. Het voelde bepaald niet goed maar het deed nergens extreem zeer. Misschien was het toch alleen gekneusd?
Na naar Lelystad te zijn vervoerd (wat heeft die ambulance een rotvering; je zult maar echt wat mankeren), werd ik onderzocht door een jonge arts. Ook hij kon geen breuk vinden, liet me zelfs een rondje lopen en dat ging, vond ik, wel redelijk. Pas toen ik weer ging liggen, kreeg ik enorme kramp in m’n enkel. Daarna werd ik vervoerd naar de fotografieafdeling. Daar werden diverse foto’s gemaakt en toen de zuster me weer terugreed zei ze al dat er een duidelijke breuk zichtbaar was in het enkelbot (gek genoeg waren alle voetbotjes intact gebleven) en dat ik blijkbaar een hoge pijngrens had als het echt niet zo zeer deed als ik zei. Tja, dat is geen verdienste maar geluk. Overigens moest ik tussendoor telefonisch familie geruststellen die op de markt hadden gehoord dat ik met gillende sirenes was afgevoerd (wat niet waar was). Intussen kreeg ik een tijdelijk drukverband om m’n nogal gekneusde voet niet nog verder te laten opzwellen.
De arts stelde me voor de keus me in Lelystad te laten opereren, kon direct, of me naar Alkmaar te laten vervoeren en daar af te wachten of men plek had. Dan maar meteen in Lelystad. Toen, heel luxe, mocht ik weer kiezen: algehele verdoving of een ruggeprik met lokale verdoving. Het verschil was dat ik met een ruggeprik waarschijnlijk ’s avonds weer naar huis zou kunnen en met algehele verdoving moest overnachten. Nou ben ik erg bang voor een ziekenhuisovernachting dus die keus was snel gemaakt. Omdat ik eerst nuchter moest zijn, werd ik naar een zaal gereden om daar een paar uur te wachten. Van de drie dames die daar lagen, waren er twee voortdurend aan het klagen over het personeel dat intussen vreselijk z’n best deed. Overdag op zaal liggen blijkt ook al een nachtmerrie!
Ruggeprik en operatie waren binnen een uur gepiept. Tijdens de operatie werd m’n aandacht afgeleid door een mooie zuster die ze speciaal voor dat doel bij je hoofd opstellen (denk ik). Op de foto’s die om de paar minuten werden gemaakt, was de vordering van de operatie af te lezen. Het gebeuren zelf hoefde ik niet zo nodig te bekijken. Na afloop terug naar dezelfde zaal met die drie dames.
De middag duurde lang: vrouw en dochter kwamen langs voor de afleiding en om me op te halen. Ze moesten echter nog lang wachten voor het zover was. Ik zal maar niet vertellen wat ik moest presteren om te mogen vertrekken maar het heeft met het produceren van een straaltje te maken. Intussen waren Marja van Urk en Connie Buter ook op bezoek geweest. Dat was niet alleen leuk maar ook nuttig: ze hadden m’n auto naar Lelystad gereden waardoor we met eigen vervoer tegen 19.00 uur naar Alkmaar konden vertrekken.
Donderdag 26 april wordt de zaak onderzocht in het MCA hier in Alkmaar. Ik hoop dan loopgips te krijgen. Kan ik misschien nog een wedstrijdje meemaken de komende weken.
Ik wil hierbij iedereen bedanken die me direct na het ongeval hebben opgevangen. Ondanks die ellende voelde dat ook op dat moment heel goed. Daarnaast natuurlijk ook iedereen die me de rest van die dag hebben geholpen weer veilig thuis te komen.
PS Overigens had Jacob bedongen dit jaar van rol te wisselen: hij aan het roer en ik als voordekker. Jullie begrijpen natuurlijk wel dat dit allemaal een poging was om die rolwisseling op z’n minst nog even uit te stellen.
Bijgaand treffen jullie een paar foto’s aan die laten zien wat er is gebeurd. Foto 1-2: van het grote bot rechtsboven is rechtsonder een stuk afgebroken. Foto 3-4 laten zien hoe de zaak is gerepareerd.